neerslachtig maken (v) (deprimeren) | deprimir (v) (deprimeren) |
neerslachtig maken (v) (deprimeren) | desencorajar (v) (deprimeren) |
neerslachtig maken (v) (deprimeren) | entristecer (v) (deprimeren) |
neerslachtig maken (v) (deprimeren) | abater (v) (deprimeren) |
neerslachtig maken (v) (deprimeren) | desanimar (v) (deprimeren) |